Geef mij maar het platteland

Hij heeft een indrukwekkende loopbaan achter de rug. Maar ondanks dat de pensioengerechtigde leeftijd al een paar jaar achter hem ligt, is protocol- en presentatiedeskundige Henrik de Groot nog lang niet van plan achter de geraniums te gaan zitten. Met een huis gelegen op een hectare grond met moestuin en boomgaard kan dat ook praktisch niet. “Op het platteland is altijd iets te doen.” 

Het huis dat Henrik in 2002 samen met partner René kocht, ligt pal achter de dijk bij Kats. In de zomer loop je over het trappetje zo naar het water. Vandaag is het miezerig en een beetje guur, de schapen blijven dicht bij elkaar. Volgens Henrik kun je aan hun dagelijkse ritme zien welk moment van de dag het is. In de ochtend lopen ze van de ene naar de andere kant en weer terug, en wanneer ze nogmaals voorbij komen, weet je dat het borreltijd is. Zo ver is het nu nog niet, we drinken thee. Met een stuk gevuld speculaas, maar zónder de pink in de lucht. “Dat is echt onzin, dat je dat zou moeten doen. Het is juist netjes om de vingers bij elkaar te houden,” onderwijst Henrik. Hij kreeg de juiste omgangsvormen met de paplepel ingegoten van met name zijn keurige Deense moeder. In het gezin met zes kinderen waren goede manieren de normaalste zaak van de wereld. Rechtop zitten, geen ellenbogen op tafel, niet met je mes en vork door de lucht zwaaien. “Het is prettig dat we dat mee hebben gekregen tussen de aardappelen en de jus door, dan weet je niet beter. Je kunt jezelf overal handhaven.”

Als je weet hoe het hoort, hoef je dus nooit in de problemen te komen tijdens formele gelegenheden. Maar er is wel een verschil tussen etiquette en protocol. Het eerste is voor thuis, in de privésfeer. Protocol is voor de staat; het koninklijk huis, topfunctionarissen en diplomaten. Het gaat over het op de juiste manier organiseren en invullen van officiële momenten. Henrik geeft nog steeds regelmatig workshops, lessen en presentaties op het gebied van protocol en presentatie en is onder andere verbonden aan het Instituut Clingendael. Recentelijk nog trainde hij het hele team van het college van B&W in Den Helder en verzorgde hij een workshop voor de Gedeputeerde Staten van Zeeland. Hij en René – en in de vakanties de kinderen en kleinkinderen – hebben het goed naar hun zin in Zeeland. “We hadden een zomerhuisje in Kortgene toen we een keer gingen fietsen en we dit huis zagen. Het is een prachtige plek. We houden erg van het water, we zwemmen tot eind oktober in de Oosterschelde.” De omgeving doet Henrik denken aan Denemarken, het geboorteland van zijn moeder waar hij in zijn jeugd vaak kwam. En wat betreft fatsoen is het ook een plek naar zijn hart. “Doe mij het platteland maar. Mensen zijn hier veel socialer. We doen graag mee, al wonen we verder van het dorp weg. Ze noemen ons ook wel de heren van buiten,” vertelt hij met een lach.

Mensen zijn hier veel socialer

Tegenwoordig is iedereen alleen maar met zichzelf bezig, vindt Henrik. Het besef van (mede-) verantwoordelijkheid voor elkaar is totaal verdwenen. “Als je het mij vraagt zitten we op de bodem wat betreft omgangsvormen. De media zijn daar ook debet aan, die gooien alles op emotie. Maar sentimentaliteit staat goede omgangsvormen in de weg.

Je moet er op een zakelijke manier mee omgaan.”  Hij zou er nog wel een boek – hij schreef in 2001 het handboek Protocol – aan willen wijden met de titel ‘Hoe vals sentiment leidt tot proletenprotocol’. “Ik vind het leuk om mensen te attenderen op de functie van wellevendheid. Met plezierige omgangsvormen kunnen we zorgen dat alles veel soepeler loopt.”  Maar ja, werk mag ook wel eens op een lager pitje. Er zijn genoeg  andere dingen te doen. Zo heeft hij net de laatste peren uit de boomgaard  op sap gezet. De kelder is gevuld met lekkers van eigen bodem. Of ik een potje eigengemaakte kruisbessenjam mee naar huis wil? Heerlijk, laat de winter maar komen. 

Tekst Mariska den Hartog

Fotografie Limit Fotografie