Iedere gast zijn eigen duinpan

Op de zeedijk van Zoutelande ligt letterlijk verscholen in het duin het door Lokerse Architecten uit Biggekerke ontworpen Duinhotel Tien Torens. Het trapeziumvormige gebouw is vrijwel geheel bedekt met helmgras. Die klus is geklaard door Hoveniersbedrijf Piet Wisse uit Aagtekerke.

Lokerse Architecten werkt graag aan projecten waar architectuur en landschap samenkomen. “Het inpassen van gebouwen in het landschap, zoals we dat bij het duinhotel hebben gedaan, is een van onze specialisaties’’, vertelt Timko Lokerse. “Het is natuurlijk fantastisch om de ruimte te krijgen voor zo’n totaal nieuw ontwerp.’’

Nadat bleek dat het oude hotel De Tien Torens niet meer te renoveren was, stelde Lokerse aan opdrachtgever Bommeljé voor om een duin te maken en het hotel daarin op te nemen. Bouwen in de zeewering is aan strenge regels gebonden. Na overleg met het waterschap is daarom in de constructie van het gebouw een keerwand opgenomen. Die zorgt ervoor dat de dijk zonder problemen kan worden verzwaard als dat nodig zou zijn.

‘Het inpassen van gebouwen in het landschap is een van onze specialisaties’

Wat Lokerse voor ogen staat, is dat de hotelgasten hun duinlodge ervaren alsof het hun eigen duinpan is. Functionele uitgangspunten, zoals privacy, licht en uitzicht, bepaalden de openingen in het duin. De keuze voor een gevel van 45 graden zorgt voor veel lichtval binnen en veel zon op de balkons, ook in de winter en zelfs aan de noordzijde. De luifels houden de hoge zomerzon tegen en garanderen de privacy. Van bovenaf op de lagere balkons kijken, is niet mogelijk. De royale glazen puien, waarvan de kozijnen geheel zijn weggewerkt, zorgen ervoor dat buiten en binnen naadloos in elkaar overlopen. Het uitzicht vanaf de in het duin verscholen balkons op zee en Walcheren met haar tien torens is fenomenaal. Inderdaad alsof je in een duinpan zit.

‘Samen met het team hebben we iets mooi en uitdagends neergezet’

Om de gevel met helmgras te beplanten, was nog niet zo eenvoudig. “Het helmgras was geen punt, dat groeit wel, het ging meer om de hellingshoek’’, vertelt hoveniermedewerker Rico Wisse. “Er was natuurlijk nog geen vaste structuur, dan loop je het risico dat je ondergrond wegglijdt. We zijn daarom in lagen gaan werken en hebben eerst een proefstuk gemaakt op een deel van het gebouw dat al waterdicht was. De opzet werkte en toen was het doorpakken.’’

De onderste laag bestaat uit drainageleidingen, voor de afvoer van overtollig water, met kleikorrels eromheen. Hierop is zand geplaatst, afgedekt met aan het gebouw verankerde doorgroeiblokken om erosie te voorkomen. Opnieuw volgde een laag zand, nu met kleikorrels die een deel van het vocht vasthouden voor de wortels van de helmplanten. Over deze toplaag ligt jute. “Die was nodig omdat het stormseizoen al was begonnen’’, legt Wisse uit. “We wilden voorkomen dat het zand op een nacht allemaal zou verwaaien. Die jute verteert vanzelf en tegen die tijd zijn de planten goed geworteld.’’ Die wortels groeien door tot de vochthoudende kleikorrels, waardoor er een samenhangend geheel ontstaat.

Wisse is heel enthousiast over deze bijzondere gevel. “Samen met het team hebben we iets moois en uitdagends neergezet. We trokken veel bekijks, ook omdat we gezekerd en in klimharnas moesten werken, en iedereen had commentaar. Dan is het toch mooi dat zo’n klus lukt.’’

Tekst Kim de Booij

Fotografie Scherp Fotografie